De peuters in onze opvang zijn dol op experimenteren met materialen uit de natuur. Ik ging op zoek naar een manier om de natuur van buiten naar binnen te brengen.
Neem voor elk kind een plastic bakje. Span er een nylonkous over met een elastiek zodat de kinderen deze zelf kunnen vullen met potgrond. Laat kinderen zoveel mogelijk zelf doen. ‘Goed zo, Gunne. Kies maar een lepel uit de doos.’ Neem vervolgens de potgrond en doe deze in een grote kom zodat de kinderen er makkelijk bij kunnen. ‘Janne, ik zie dat jij liever met je handen in de grote kom voelt. Voelt de potgrond koud aan?’
‘Meryem, wat deed jij al flink wat aarde in jouw nylonkous met jouw lepel. Wil je er graag al wat zaadjes in doen? Benoem zoveel mogelijk wat je ziet. ’Goed zo, Janne. Strooi de zaadjes maar op de aarde. Wie wil er al water op zijn zaadjes gieten? Laat de kinderen trots zijn op hun werk. 'Kijk, wat een knappe grasmannetjes hebben jullie gemaakt! Vind je dat grappig, Gunne? Kom, we zullen ze samen op de vensterbank zetten zodat de zaadjes kunnen groeien.'