Speeltip
0-6 jaar
Schema's in het spel van kinderen
08 / 06 / 2022
Print      Download PDF
Speelschema's: Het geheim om het spelen van kinderen te begrijpen

In deze speeltip kom je alles te weten over speelschema’s. 

Bekijk de video hieronder en ontdek wat speelschema's nu precies zijn en waarom ze zo belangrijk zijn.

Na de video vind je voorbeelden van de meest voorkomende speelschema's en hoe je ze kan herkennen of er op in kan spelen.

Tot slot krijg je in "aan de slag" nog een stappenplan om met de speelschema's aan de slag te in je opvang.

9 speelschema's

Er zijn in principe oneindig veel speelschema’s. We focussen op 9 schema’s, die het vaakst voorkomen en heel herkenbaar zijn.

  • Oriënteren
  • Ordenen en sorteren
  • Verbinden en losmaken
  • In beweging
  • Vervoeren
  • Bedekken en verstoppen
  • Draaien
  • Onderzoeken en transformeren
  • Insluiten

De speelnoden komen het meest tot uiting tussen de leeftijd van 0-6 jaar. Hoe ouder kinderen worden, hoe meer schema’s ze gaan combineren tot ingewikkelde handelingen.

Jonge baby’s handelen reflexmatig, Hun armen zwiepen rond en soms raken ze iets aan, stilaan stijgt de controle. Bij oudere baby’s en peuters worden de speelschema’s heel zichtbaar: ze gaan doelbewust uitproberen en met hun lichaam en materialen ervaringen opzoeken.

Kinderen hebben vaak een periode interesse in een bepaald speelschema. Soms lijkt het een obsessie, maar het kan even snel terug verdwijnen als ze een achterliggend concept hebben begrepen.

Naarmate kinderen ouder worden, worden ook de schema’s abstracter. Het worden bredere concepten. Ideeën die eerst vooral fysiek naar voor komen, worden abstracter.

Een aantal zijn zo sterk, dat ze zelfs bij volwassenen aanwezig blijven. Wie kent er  geen verzamelaar, pietje precies, schoonmaakfanaat, uitvinder of eeuwige verbouwer. Nieuwsgierig?

Hieronder vind je alle speelschema’s na elkaar. Klik op de witte pijlen in de foto om verder te gaan en ze allemaal te bekijken.

1 / 9

VERVOEREN (Transporting)

Wat willen kinderen precies ontdekken?

Hoe werkt afstand en onderweg zijn? Hoe ga ik en andere dingen van plaats tot plaats?

Waar is het goed voor?

Door eerst het fysieke vervoeren – voorwerpen van de ene naar de andere plaats – te begrijpen en te oefenen, begrijpen kinderen later ook het meer abstracte vervoeren, bijvoorbeeld hoe post of email werkt.

Hoe herken je het?

Kinderen die druk bezig zijn met vanalles te vervoeren van de ene kant naar de andere. Eén voor één of allemaal ineens. Verhuisfirma aan de slag? Zo lijkt het wel: alle blokken in de bak en duwen maar. De kar van het speelwinkeltje vol laden en ergens anders weer uitladen. Alles wordt op wielen of met wat sleurwerk verplaatst naar een andere plek. Om van daaruit weer vervoerd te worden... In hun emmertje, met hun handen, in een kruiwagen, een auto, een poppenwagen en in hun broekzakken, daar is altijd wel iets te vinden.

Hoe kan je dit stimuleren?

  • Containers, mandjes, zakjes voorzien
  • Dingen op wielen waar iets in kan
  • Kleine dingen om te vervoeren
  • Kleren met veel zakken
  • Moestuin en planten water geven

Het kan uitdagend zijn, want…

  • Voorwerpen belanden vaak op een andere plaats
  • De broekzakschatten belanden in de wasmachine

Klik hier voor meer speelideeën die hier op inspelen.

2 / 9

BEDEKKEN EN VERSTOPPEN (Enveloping)

Wat willen kinderen precies ontdekken?

Ze houden ervan zichzelf of dingen te verstoppen. Ze onderzoeken wat er gebeurt als ze iets inwikkelen of verstoppen. Ze leren het gevoel van ‘iets verdwijnt’ kennen.

Waar is het goed voor?

Ze leren dat iets niet weg is als het even verdwijnt. Kan ik het nog zien? Kan ik het nog voelen? Is het nog daar als ik het terug uitpak of open doe?

Hoe herken je het?

Kinderen verstoppen zichzelf of voorwerpen graag. Ze doen dit op verschillende manieren. Een laken of deken over zich heen trekken, een knuffel in een doek wikkelen, achter de gordijnen kruipen, je sleutels verstoppen, een mouw over hun hand trekken zodat deze weg is, verstoppen in kleine plaatsen of een tentje, in een doos of achter een muurtje gaan zitten. Dan is er natuurlijk ook nog “kiekeboe” spelen… altijd een hit.

Hoe kan je dit stimuleren?

  • Doeken
  • Verkleedkledij
  • Dekens
  • Verband
  • Poppenhuis
  • Dozen

Het kan uitdagend zijn, want…

  • Ze willen iets vullen tot het overloopt
  • Ze kunnen dingen verstoppen
  • Ze willen veel lagen kleren over elkaar aan

Klik hier voor meer bedekken en verstoppen-inspiratie.

3 / 9

DRAAIEN (Rotating)

Wat willen kinderen precies ontdekken?

Hoe bewegen en draaien dingen? Hoe draait mijn lichaam?

Waar is het goed voor?

Ondekken hoe draaien werkt, wat er gebeurt als iets draait en hoe dat voelt.

Hoe herken je het?

Met jezelf toertjes draaien tot je er duizelig van wordt. En er niet mee stoppen omdat je omgevallen bent. Draaien aan alles wat los of niet meer zo vast zit. Gefascineerd staren naar de wasmachine.

Hoe kan je dit stimuleren?

  • Rietjes
  • Moeren en bouten
  • Wielen van auto’s
  • Schroevendraaiers en steeksleutels
  • Sleutel en sleutelgat
  • Verf, zand, voedsel roeren
  • Fietswiel
  • Springtouw of elastiek
  • Slazwierder
  • Buizen
  • Caleidoscoop

Het kan uitdagend zijn, want…

  • … niet aan alle knopjes van toestellen mag je zomaar draaien
  • … de kraan open en dicht draaien is heel tof

Klik hier voor meer draaiplezier.

4 / 9

VERBINDEN, BOUWEN EN AFBREKEN (Connecting)

Wat willen kinderen precies ontdekken?

Hoe kan je dingen aan elkaar vastmaken en terug losmaken?
Hoe kan je iets in elkaar steken en terug uit elkaar halen?

Alles wat gemaakt kan worden, kan ook weer stukgemaakt worden.

Waar is het goed voor?

Kinderen proberen te begrijpen hoe het komt dat sommige dingen samen blijven en andere terug loskomen. Het idee van kracht, magnetisme, kleven, … ontstaat allemaal door verbinden en losmaken.

Hoe herken je het?

Kinderen die vanalles samenbinden of vastplakken. Een treinrails in elkaar klikken tot verschillende sporen. Of kinderen die graag handen vasthouden.

Het gaat over het verbinden en losmaken tegelijk. Dat kan je ook zien bij bouwen. Voor kinderen kunnen bouwen en stapelen, breken ze eerst af. Erg vervelend voor de bouwers maar weeral zo’n onbedwingbare impuls voor zij die nog niet kunnen bouwen. Die toren moet omver, dat zandkasteel moet kapot en die sporen moeten van elkaar.

Hoe kan je dit stimuleren?

  • Plakband, lijm en papier
  • Riemen met gespen, knopen, kettingen
  • Parels rijgen op touwen
  • Constructiespeelgoed zoals blokken, treinrails, knex…
  • Elastieken en touw

Het kan uitdagend zijn, want…

  • Kinderen maken knopen
  • Ze kunnen hun schoenen opendoen
  • Ze maken dingen stuk die niet bedoeld zijn om stuk te maken

Klik hier voor meer bouw- en afbreekplezier.

5 / 9

ORDENEN EN SORTEREN (Positioning)

Wat willen kinderen precies ontdekken?

Hoe werkt volgorde en plaats in een rij? Ik wil het graag exact op mijn manier zetten

Waar is het goed voor?

Een sterke basis om veel vaste taken te doen, zoals de tafel dekken en schoenen in het rek zetten. Of abstractere begrippen zoals patronen in wiskunde of rekenen.

Hoe herken je het?

Kinderen die exact op hun manier speelgoed ordenen, urenlang auto’s op een rij zetten of mooie taferelen maken. Sommige kinderen helpen graag mee opruimen en sorteren, als het op hun manier kan.

Hoe kan je dit stimuleren?

  • Zorg voor veel verschillende kleine materialen van dezelfde soort (bvb doppen in verschillende kleuren)
  • Herkenbaar echt materiaal (bvb schoenen, kleding)
  • Iets om aan te ordenen: kapstok, rek…
  • Kralen rijgen
  • Boxen met labels om op te ruimen
  • Helpen met boodschappen uitladen en op de juiste plek leggen

Het kan uitdagend zijn, want…

  • Kinderen staan erop om iets in een bepaalde volgorde te eten of eten in een exacte positie op hun bord te leggen
  • Ze kunnen niet tegen rommel
  • Ze kunnen in de war raken als iemand anders de beurtrol of de positie bepaalt

Zie je deze drang bij een kind? Klik dan hier voor meer orden- en sorteerpret.

6 / 9

ORIËNTEREN EN KLIMMEN (Orientation)

Wat willen kinderen precies ontdekken?

Hoe ziet de wereld eruit vanuit een andere positie? En hoe voelt dat?

Waar is het goed voor?

Kinderen krijgen vertrouwen in hun eigen kunnen. Ze kunnen ook anticiperen op hoe andere mensen en voorwerpen bewegen en daar op reageren.

Hoe herken je het?

Kinderen die ondersteboven hangen in de zetel of naar je kijken van onder een tafel. Of vooroverbuigen en door je benen naar de wereld kijken. Bovenop de kast zitten en naar beneden kijken. Of op een andere manier alles in beeld krijgen: door een vergrootglas, kartonnen buizen of een verrekijker.

Hoe kan je het stimuleren?

  • Geef veel ruimte om te klimmen: trappen, ladders, stoelen en tafels.
  • Een helling om van af te rollen
  • Op zoek gaan naar kleine beestjes of voorwerpen met kokers of verrekijkers
  • Wandelen op verschillende muurtjes of andere hindernissen
  • Twister spelen
  • In bomen klimmen
  • Op de rug of schouder van een volwassene zitten

Het kan uitdagend zijn, want…

  • … klimmen mag niet overal
  • … de kinderen willen de hele tijd op je arm of op je schouders zitten

Klik hier voor meer inspiratie.

7 / 9

ONDERZOEKEN EN TRANSFORMEREN (Transformation)

Wat willen kinderen precies ontdekken?

Waarom gebeurt dit, kan ik het ongedaan maken en beheersen?

Waar is het goed voor?

Kinderen ontdekken hoe verandering werkt en of dat ongedaan gemaakt kan worden. Het gaat over oorzaak en gevolg, over processen, over van vorm veranderen.

Hoe herken je het?

Kinderen hebben een fascinatie voor verandering: van levend naar dood, van klein naar groot, van rups naar vlinder… Ze houden van materiaal kneden, mengen, vervormen, bijvoorbeeld met klei, zand, water…

Er is een wetenschapper in ieder kind. Kinderen zijn nieuwsgierig en willen de dingen die ze zien, leren kennen door er mee te experimenteren. Dit doen ze door er aan te voelen, ruiken, proeven, trekken, mee te slagen, mengen, … Kijk vooral naar de uitdrukking op hun gezicht wanneer ze iets nieuws ontdekken, voelen of proeven.

Hoe kan je dit stimuleren?

  • Klei, zand, aarde en water erbij
  • Met roerlepels, een pureestamper en ander keukenmateriaal
  • Maak een buitenkeuken
  • Boeken met een veranderproces, bijvoorbeeld van rups naar vlinder
  • Start met een moestuin

Het kan uitdagend zijn, want…

  • … er kan wel wat rommel ontstaan
  • … het kan ook vuil worden

Klik hier voor meer onderzoekplezier.

8 / 9

IN BEWEGING (Trajectory)

Wat willen kinderen precies ontdekken?

Zien hoe dingen bewegen en reageren op beweging. Wat gebeurt er als ik iets laat vallen of als ik iets door de lucht gooi?

Waar is het goed voor?

Door het begrijpen en manipuleren van hoe dingen bewegen en hoe ze zelf bewegen, begrijpen kinderen hoe gooien, vangen en iets wegschoppen werkt. Hoe lang duurt het voor het de grond raakt? Gaat het breken, spatten of nog iets anders?

Hoe herken je het?

De meeste kinderen zijn gefascineerd door dingen in beweging en bewegen zelf ook graag. Kinderen gooien vaak voorwerpen of eten uit hun kinderwagen of kinderstoel. Springen in plassen en kijken welk effect dat heeft op het water. Glijbaan op en af, hun lepel op de grond gooien, auto’s laten glijden van een plank, dansen met linten ….

Vooral wanneer kinderen pas leren stappen zijn ze op zoek naar dingen die hun steun geven en duwen ze graag dingen vooruit. Wanneer ze kunnen stappen, trekken ze graag dingen achter zich aan.

Hoe kan je dit stimuleren?

  • Zeepbellen blazen en vangen
  • Spelen met sjaals en linten in de wind
  • Gooien met ballen of sponzen
  • Spelen op schommels
  • Waterspel met trechters en emmers
  • Ballonnen
  • Banen en ballen
  • Katapult of iets afschieten
  • Gooien naar een doel
  • Iets van de tafel duwen en kijken waar en hoe het landt

Het kan uitdagend zijn, want…

  • Er wordt wel eens gegooid met materiaal waar je beter niet mee kan gooien
  • Er gaat al eens iets stuk
  • Kinderen gooien met eten tijdens het eetmoment

Deze speelactiviteiten spelen mooi in op deze speel-beweeg-drang.

9 / 9

INSLUITEN (Enclosure)

Wat willen kinderen precies ontdekken?

Hoe kan ik iets insluiten zodat het niet meer weg kan? Hoe werkt volume, welke grootte heeft iets, hoe kan ik het bevatten?

Waar is het goed voor?

Als kinderen dingen gaan insluiten, leren ze dat voorwerpen gevat kunnen worden in een kleine ruimte. Dit is de basis voor het tekenen van vormen en het schrijven van letters. Er mag geen gat gelaten worden, de cirkel moet dicht.

Hoe herken je het?

Kinderen bouwen hekken en barricades om speelgoeddieren of zichzelf in te sluiten. Ze kunnen een treinspoor bouwen en speelgoeddieren in het midden plaatsen. Ze tekenen cirkels of kaders rond hun tekeningen.

Hoe kan je dit stimuleren?

  • Dozen of andere containers
  • Afbakening zoals hekjes (boerderij), touw, lange repen doek, stokken, …
  • Tekenmateriaal en papier
  • Allerlei dozen en potjes

Het kan uitdagend zijn, want…

  • … ze verstoppen zichzelf
  • … kinderen sluiten zichzelf graag op in kleine ruimtes
 

Wil je inzetten op speelschema's in je opvang?

Met dit stappenplan kan je zo aan de slag!

Download (PDF)
Bronnen, lees meer en coachingstips

Coachingstip
Observeer de kinderen gedurende een week. Noteer welke handelingen steeds terugkomen. Bespreek met je collega's welke schema's jij herkent en welke speelactiviteiten hierop inspelen.

Met dank aan
Speelmakers voor het (her)schrijven van deze speeltip en Martine Hoezee – project Happinezz voor de feedback.

Artikels
Schemas in Children’s Play (Nature Play, Clare Caro)
What is a Schema? (Flying Start Nurseries)
A guide to schema play in toddlers (100 Toys, Alexis Ralphs)

Video's
https://www.youtube.com/watch?v=7PSZeeEVA5s
https://www.youtube.com/watch?v=hHzSj0eMbwM

Boek
Marianne De Valck – Het speelboek

Overige
Twinkle educational publishing
Parenting junkie

1
2
3
4
5
6
Deze website gebruikt cookies. Door verder te gaan op de site ga je akkoord met onze cookie policy.