Kinderen komen vaak met kleine pluisje,draadjes,... naar ons toe. "Kijk, kijk... een draadje!"
We leggen in het midden van de tafel stukjes stof met pluisjes, kleine stukjes wol, draadjes dun en dikker, stukjes watte (lijken wel pluisjes)...
De kinderen hebben elk een doorschijnende pot of dekseltje voor zich. Ze mogen zelf kiezen wat ze graag in hun pot stoppen of op hun dekseltje leggen. Draadjes? Een klein stukje wol? Een pluisje dat ze van de stof trekken? "Pff, best wel moeilijk om die kleine dingetjes vast te pakken..." We doen het deksel op onze pot en schudden hard/zacht met onze doos. "Oh, kijk, er hangen stukjes wol aan het deksel!" Met het deksel kan je proberen om het schuin te houden of te draaien.
We kunnen ook onze pot opendoen en erin blazen. "Kunnen jouw pluisjes zweven?" "Oh, hoe mooi!" Daarna kunnen we de pot ledigen en weer alles in het midden van de tafel en eventueel opnieuw. "Kunnen we ook de pluisjes op onze kleren hangen?" "Oh, er hangen wel vier pluisjes op je trui!" Om op te ruimen kunnen we de pluisjes van onze kledij verwijderen met een pluizenroller en natuurlijk ook alle pluisjes en draadjes vanop tafel verzamelen met een pluizenroller.
Je kan ook eventueel de pot laten doorgeven van de ene peuter naar de andere - "Welke pluisjes wil jij nog in de pot van... doen? Doe maar!"
Je kan ook eventueel de pluisjes op de grond leggen (afgebakende zone) zodat je ook met blote voeten door de pluisjes en draadjes kunt stappen en glijden. Daarna ook alles oprollen met de pluizenroller.