Het had de voorbije dagen veel geregend. Tijdens de wandeling van school naar de opvang zagen enkele kinderen insecten in waterplassen en gootjes.
Praat met de kinderen over de insecten die in de plassen en langs het voetpad leven. 'Welke heb jij al eens gezien, Siemen?'. Ga in op wat ze vertellen.
Als je op de opvang aankomt, kan je met de kinderen een loep maken om in het water te kunnen kijken. Haal samen met de kinderen de plastiek potten uit het knutsellokaal. 'Wie kan er helpen om een gat in de bodem te maken? Hoe zouden we dat kunnen doen?' Door dit gat ga je straks kijken
De bovenkant van de plastiek potten dek je af met folie. 'Die folie is glibberig he, Rutger? Je kan aan Lewis vragen om je te helpen'. Doe er een elastiek rond zodat de folie blijft zitten.
Ga met de kinderen op zoek naar een diepe plas. Of verzamel buiten met de kinderen water uit plassen en doe het in een lage bak.
Ontdek samen, met de loep, welke insecten er in het water leven.