De peuters waren met stoepkrijt aan het tekenen. 'Kijk, Linde tekent de zon.' Waarop Linde al zingend duidelijk maakte wat ze tekende. 'Appelsien! Laat u zien! Pas maar op of ik eet u op!' We zongen met z'n allen mee.
'Oh... kennen wij nog een liedje?' Teken enkele bomen, een huis en begin langzaam te zingen 'In het bos daar staat een huisje. Ik keek eens door het vensterraam.' Teken ondertussen het venster en wacht af of de kinderen het lied al dan niet mee oppikken. 'Hoor, Tristan zingt het liedje van kabouter pinnemuts. Wat kunnen we dan tekenen? Ja, een paddenstoel.' Volg kinderen die initiatief nemen. 'Kijk, Fay tekent ook... Wat ben je aan het tekenen, Fay? Ah, de zon. Wie kent er een liedje met de zon?... Ja Jinte, ik heb de zon zien zakken in de zee.'
Zorg voor enige afstand tussen de tekeningen. 'Wie weet waar dit liedje getekend staat? Ik heb de zon zien zakken in de zee'. Ja Killian ga maar op de zon staan.' Moedig de kinderen aan om zo snel mogelijk bij de juiste tekening te gaan staan. 'Ik zie dat Fay graag eens wil zingen. Probeer maar.' Voeg eventueel samen met de kinderen een tekening en een lied toe om de uitdaging te vergroten.
• Verbondenheid met anderen
• Verstandelijke ontwikkeling
