In deze kerstperiode vinden we overal kerstbomen in onze leefomgeving. We merken dat bepaalde kinderen écht in de ban zijn van deze kerstsfeer.
Voorzie een groot stuk vlak karton waar je de ruwe vorm van een kerstboom op tekent. 'We zouden graag een kerstboom schilderen. Wie zin heeft, mag helpen.' Voorzie groene verf en laat de kinderen vrij in de manier waarop ze de groene verf aanbrengen. 'Kijk nu, Dorien stippelt met haar wijsvinger.' 'Je kan ook je schoenen en sokken uitdoen en verven met je voeten.' 'Sandy, je hoeft niet mee te verven. Je mag gerust verder spelen met je trein.' 'Sandy, als je wil, kan je ook met je trein door deze verfklodder rijden en zo mee verven.'
Wij boden de kinderen aan om hun voeten te verven in het groen opdat ze konden 'wandelverven'. De dag erop hebben de kinderen de stam geverfd met hun handen. 'Veronique, jij wrijft liever met je handen. Dat is prima.'
Nodig de kinderen uit om samen versiering te maken voor de kerstboom. Maak samen zoutdeeg en laat hen vrij experimenteren. Zodra de kinderen beslissen dat het zoutdeeg klaar is, kan je het afbakken. Het eindproduct is minder belangrijk dan het maakproces.
• Verbondenheid met anderen
• Zin voor initiatief
Het eindproduct is minder belangrijk dan het maakproces.
