In onze groep zijn er enkele kinderen die het heerlijk vinden om de ballen doorheen de groep te schoppen. Ze zijn in de eerste plaats gefocust op het schoppen op zich. Sommigen zijn in staat om te richten.
Maak samen met de kinderen een opening in een kartonnen doos. Stem de opening af op de grootte van de ballen en de vaardigheden van de kinderen. De kans op succes moet behoorlijk groot zijn, doch moet het een uitdaging blijven.
Plaats de doos in de grootmotorische zone in de groep opdat de rust bewaard kan blijven in andere zones. 'Wow, die bal ging hard Louise!' 'Kijk nu, Dries trommelt liever met zijn bal op de doos. Dat kan ook.' Zodra de kinderen hun betrokkenheid afneemt, kan je zelf een bal proberen mikken in de opening. Wacht af of ze dit initiatief al dan niet kopiëren. 'Sinem, jij steekt alle ballen in het gat.'
Het was al gauw duidelijk dat de doos aanleiding gaf tot diverse spelen.
Versier de doos samen met de kinderen als je denkt dat dit een meerwaarde biedt voor de kinderen. Dit hoeft niet noodzakelijk zo te zijn. Bij bepaalde kinderen kan deze versiering ook afleiden.
